Kenmerken
Naam |
Corylus avellana (Hazelnoot ) |
Variëteit |
Webb's Prize Cob |
Winterhardheid |
Winterhard en niet wintergroen |
Soort gewas |
Struik |
Standplaats |
Zonnig tot schaduw |
Grondsoort |
Humeuze vochthoudende voedselrijke grond |
Maximale hoogte |
Ongeveer 6 meter. |
Waterbehoefte |
Vochtig |
Bloeimaand(en) |
Januari-maart |
Bestuiving |
Zelfbestuivend |
Vruchtmaand(en) |
September- oktober |
Grote zoete vruchten. Goede bestuivers voor deze zijn: 'Halle'sche Riesen' en ´Cosford´ maar ze zijn ook voldoende zelfbestuivend.
Om wildopslag te voorkomen worden de cultivars ook geënt op een Coylus colurna onderstam.
De Hazelnoot is een struik die ongeveer 6 meter hoog wordt. De struik is winterhard en bladverliezend in de wintermaanden.
Eisen
De Hazelnoot verlangt een humeuze vochthoudende voedselrijke, iets zurige grond.
Informatie
Oorspronkelijk komt de plant voor in West Europa. Corylus avellana is een soort uit de berkenfamilie (Betulaceae).
De bladeren van de hazelaar zijn enkelvoudig en veernervig. De bladrand is dubbel gezaagd, ze hebben de vorm van een omgekeerd ei met een uitsteeksel. De hazelaar gaat pas na tien jaar vrucht dragen.
Tijdens de snoei moet de struik uitgedund worden zodat voldoende licht kan doordringen in de struik.